Misschien is het je opgevallen dat we zijn gestrand in Ezra 8. Dat betekent dat er nog twee hoofdstukken volgen.
En dit zijn zeker niet de meest makkelijke hoofdstukken van het Bijbelboek. Maar wij gaan deze uiteraard niet uit de weg! Want ondanks de moeilijkheid, heeft God voor het vervolg van onze reis hier een richtinggevende boodschap ingesproken. Als je de tijd hebt, sla je Bijbel nog eens open bij Ezra en lees de hoofdstukken 9 en 10 voor jezelf. Wat een heftig verhaal. Zo eentje waarbij we de bladzijden liever snel omslaan, omdat het zoveel vragen kan opleveren. Het is moeilijk te begrijpen waarom dit moet gebeuren. Ergens voelt het ook gemeen.God heeft het volk een nieuw begin gegeven, het altaar is gebouwd, het fundament gelegd, de tempel voltooid. Er is feest geweest, want God heeft Zijn beloften gehouden en een nieuw begin gegeven. Er is feest geweest zoals wij het dit weekend mochten vieren met de overwinningen, het feestmaal en de dankdienst.
En dan …. legt God Zijn vinger toch nog op de zere plek. God heeft het volk deze jaren alles gegeven om het leven met Hem te herstellen en verder uit te bouwen (Ezra 9:9). Maar Hij wil dat het volk beseft dat zij nog steeds leven te midden van een onrein land, met onreine volken en hun gruweldaden. Nu het gewone leven weer van start gaat, zegt God tegen het volk: blijf oplettend!
God heeft ons dit weekend ook veel gegeven en deze tijd aparte gezet voor opbouw van jouw en mijn leven, maar Hij wil dat we ons bewust zijn van het ‘onreine land’ waar we naar terugtrekken (Ezra 9:11).
Hij geeft ons dit besef niet om te veroordelen. Maar zodat ‘u sterk zult zijn en het beste van het land zult eten’(Ezra 9:12b). God heeft het beste voor met Zijn volk en daarom is Zijn advies: meng u niet met de onreine volken. Ga geen verbintenissen aan, geen relatie, houdt u verre van hen. Maar sommige van het volk hebben al relaties gesloten met het onreine volk voordat God hen deze tijd van opbouw gaf. En de vraag aan hen is nu: Je hebt gezien hoe goed God is. Je hebt ervaren dat Zijn Woord betrouwbaar is. Vertrouw jij Hem als Hij jou vraagt deze relatie met het ‘onreine volk’ op te geven?
En deze vraag stelt Hij ook aan mij, nu ik weer terugkom in het gewone leven. ‘Vertrouw je Mij in het Woord dat Ik heb gesproken over jouw leven?’
Ik heb nieuwe inzichten van God ontvangen dit weekend. Ik heb overwinningen mogen behalen. Ik heb zonden mogen belijden. Ik heb vrijheid ervaren. Ik heb hopeloosheid geuit. Ik heb nieuwe verlangens gekregen. En om deze nieuwe inzichten, overwinningen, vrijheid en verlangens vast te kunnen houden en een plek te geven in mijn leven is het nodig de ‘oude gewoontes en onreine relaties’ weg te sturen (Ezra 10:3). En dat valt niet mee!
Want dat betekent misschien wel dat je dat moeilijke gesprek moet voeren. Dat je die ene app van je telefoon moet gooien. Dat je een dappere stap gaat maken om in Gods bediening te gaan staan. Dat je een belijdenis gaat doen aan een goede vriendin. Dat je jouw agenda op de kop gaat gooien. Dat je dat ene verdriet los mag gaan laten. Dat je jouw eigen tijd gaat inzetten om die ander te helpen.
Nee, dat valt niet mee. Maar dan klinken de woorden van Ezra:
‘Sta op! (ARISE!), want op u rust de zaak, en wij zullen met u zijn; wees sterk om te handelen.’ (Ezra 10:4)
God vertrouwt jou en mij iets toe. Hij heeft een zaak doen rusten op ons hart, omdat Hij het vertrouwen heeft dat wij het samen met Hem aankunnen. Wat er thuis ook op je wacht. Of je ernaar uit hebt gekeken op de boot terug, misschien kon je niet wachten! Of dat je met lood in je schoenen er tegenop zag. God zegt: ARISE, my fair one! Samen met Mij kan je het aan. Vertrouw Mij! Ook al zie je het nog niet. Ook al lijkt het onmogelijk. Ik ben jouw God. Dezelfde, gisteren, vandaag en morgen. Dezelfde God als voor Ezra en het volk. Die God van trouw ben ik voor jou!